4. Bereikbaarheid

4.1. Mobiliteit

Beleidsdoel Publieke mobiliteit

Een dekkend netwerk van publieke mobiliteit bestaande uit trein, bus en hubtaxi van voldoende kwaliteit en veiligheid

Indicatoren

Realisatiewaarden

Streefwaarden

Omschrijving

2020

2021

2022

2023

2023

2024

2025

2026

Verplichte indicatoren (BBV)

Klantwaardering regionaal openbaar vervoer waarvoor provincie concessie verleent (trein respectievelijk bus)1)

Landelijke waarde

7,6
resp.
7,9

7,8

7,7 resp. 8,1

7,8

7,4 resp. 7,9

7,5 resp. 7,9

7,8 resp. 7,9

7,7 resp. 7,9

7,5 resp. 7,5

7,5 resp. 7,5

7,5 resp. 7,5

Eigen indicatoren

Reizigersgroei HOV  2)
(2019: 259,5 miljoen)

90% t.o.v. 2019
(233,6 mln.)

gelijk aan 2019

Reizigersgroei OV geheel 2)
(2019: 270,9 miljoen)

90% t.o.v. 2019
(243,8 mln.)

gelijk aan 2019

- HOV: trein (reizigerskilometers)

127,9 mln.

130,5 mln.

 127,7
mln.

138,7
mln.

- HOV: bus (passagiers) 2)

6,5 mln.

6,9 mln.

10,2
 mln.

10,6 mln.

- Overig OV (GD en KLOV)
  (passagiers) 2)

6,4 mln.

7,1 mln.

9,7 mln.

10,3 mln.

Punctualiteit trein en bus:

- Percentage treinen dat maximaal binnen 180 seconden (3 minuten) aankomt op de eindbestemming en hoofdstation Groningen

95,4% 3)

94,3%
3)

94,7%

95%

95%

- Percentage treinen komt maximaal binnen 300 seconden
(5 minuten) aan op de eindbestemming en hoofdstation Groningen

97,9%
3)

97,3%
3)

97,7%

99%

99%

- Percentage van de bussen dat te vroeg vertrekt van knooppunten(stations en hubs)

2,3%

0%

0%

- Percentage van de bussen dat maximaal binnen 180 seconden
(3 minuten) aankomt op de knooppunten (stations en hubs)

84,9%

100%

100%

Hubs:

-  Percentage dat voldoet aan de kwaliteit die is opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Mobiliteit

25%

20%

50%

100%

- Percentage Groninger hubs waarop deelmobiliteit wordt aangeboden

22%

5%

15%

30%

- Waardering hubs door gebruikers (rapportcijfers)

n.v.t.4)

6,5

6,8

7,0

NB.  Bovenstaande indicatoren worden jaarlijks gemeten en gerapporteerd.

  1. Bron: OV-klantenbarometer. NB. De cijfers over 2020 en 2021 kunnen niet worden vergeleken met die van eerdere jaren. De meting van 2020 vond plaats in het eerste kwartaal, nog voor de coronapandemie, in plaats van het hele kalenderjaar. De meting van 2021 betreft alleen het najaar, tijdens de coronapandemie. De groep reizigers was in 2021 anders van samenstelling: met onder andere minder forenzen door thuiswerken en minder studenten door online onderwijs. Daarbij moesten reizigers verplicht een mondkapje dragen. Ook in de uitvoering van het onderzoek waren er in 2021 belangrijke verschillen.
  2. De realisatiecijfers voor HOV bus en Overig OV zijn in 2023 op een nieuwe wijze tot stand gekomen. Dit heeft in de systemen ook invloed op voorgaande jaren, de realisatiecijfers 2019 tot en met 2022 zijn daarom aangepast. Maar duidelijk is wel zichtbaar dat het aantal busreizigers weer richting de aantallen gaan van pre-corona. Daarnaast is de realisatiewaarde HOV trein (reizigerskilometers) voor 2022 gecorrigeerd omdat abusievelijk hierin ook de reizigerskilometers in Fryslân waren meegenomen.
  3. De concessie stelt dat de punctualiteitscijfers gecorrigeerd dienen te worden voor vertragingen die niet aan Arriva verwijtbaar zijn. In de hier opgenomen cijfers heeft deze correctie nog niet plaatsgevonden.
  4. De waardering voor de hubs wordt tweejaarlijks uitgevraagd; dat wordt voor het eerst in 2024 gedaan.

Bestaande prioriteiten

Prestatie

Voort-gang

Toelichting

  • Als gevolg van corona heeft een groot deel van de reizigers die in 2019 nog gebruik maakten van het openbaar vervoer ervoor gekozen om nog niet weer terug te keren in trein en bus. Onze inzet zowel regionaal als landelijk is erop gericht om mensen weer meer gebruik te laten maken van het openbaar vervoer. Dit doen wij samen met het OV-bureau Groningen Drenthe, de OV-bedrijven en andere openbaar vervoer concessie verlenende overheden; Bij voldoende terugkerende reizigers is het onze ambitie om zo snel mogelijk met de dienstregeling weer te voldoen aan het in het Programma Mobiliteit opgenomen Basisnetwerk Publieke Mobiliteit.

oranje

  • Het aantal reizigers in het regionale busvervoer in Groningen en Drenthe was 89% ten opzichte van pre-corona. Financieel was 2023 een moeilijk jaar. In de primaire begroting hield het OV-bureau rekening met een tekort van € 4,8 miljoen. Dit tekort is licht opgelopen met € 1,5 miljoen door een hogere kostenindex, waarmee 2023 uiteindelijk is afgesloten met een tekort van € 6,3 miljoen. De voorziene € 4,8 miljoen en het aanvullende tekort is gedekt uit algemene reserve en het laatste restant coronareserve. Voor 2024 is een aanpassing van de dienstregeling voorzien waarbij ca. 92% van het aanbod (ten opzichte van pre-corona) gereden kan worden.

oranje

  • Het aantal instappers in het regionale treinvervoer in Noord-Nederland is nog niet terug op het niveau van pre-corona. Er is geen sprake geweest van afschaling van de dienstregeling door een lager reizigersaanbod, alleen van afschaling door onvoldoende beschikbaarheid van personeel. Vanaf oktober 2023 is Arriva weer de volledige dienstregeling gaan rijden.
  • Samen met de provincie Drenthe doen wij mee aan een MaaS-pilot ('Mobility as a Service') op het gebied van multimodaal reisadvies op maat. Tevens voeren we binnen dit kader ook eerste verkennende gesprekken over de integratie van verschillende 'publiekemobiliteitdiensten' in een overzichtelijk reisinformatie- en boekingssysteem.

oranje

  • De ambitie was om de MaaS-pilot in 2022 al af te ronden. Dit is niet gelukt. De pilot is in 2023 afgerond. Arriva (uitvoerder van de MaaS-pilot met de app Glimble) en ook andere aanbieders zoals bijvoorbeeld de NS gaan door met de ontwikkeling van MaaS.
  • Samen met onze spoorse partners laten wij ProRail een planstudie uitvoeren naar de infrastructurele maatregelen die op het spoor nodig zijn om van/naar Groningen vier intercity's te laten rijden naar en van Zwolle en verder (Randstad/Utrecht).

oranje

  • ProRail is in 2023 gestart met de MIRT- verkenning Verbeteren van spoor- en perroncapaciteit Meppel. We hebben het afgelopen jaar lobby gevoerd om op korte termijn ook de resterende benodigde middelen beschikbaar te krijgen voor de infrastructurele maatregelen die nodig zijn om vier intercity's van en naar Groningen te laten rijden en om deze derde en vierde intercity ook op te nemen in de hoofdrailnetconcessie (HRN). Helaas is dit in 2023 nog niet gelukt, ondanks de in de Tweede Kamer aangenomen motie van Van der Graaf (29984, nr. 1149) over het opnemen van de derde en vierde intercity naar Groningen in de HRN-concessie.
  • Nu de basisvoorzieningen voor de hubs nagenoeg op orde zijn, willen we in 2023 starten met de vervolgstappen op de hubs. Dit om de hubs meer te maken dan alleen een overstapknooppunt maar ook plekken te maken die een meerwaarde hebben voor de omgeving en naast de basisvoorzieningen ook extra voorzieningen aan te brengen die het gebruik van publieke mobiliteit nog aantrekkelijk re maken. Waarbij dit voor iedere hub een andere invulling kan krijgen. De uitrol hiervan zal in de periode tot en met 2027 plaatsvinden.

groen

  • De afgelopen periode zijn stappen gezet in de plannen voor hub station Hoogezand en de hub station Scheemda. Daarnaast is het ontwikkelproces voor de tweede fase gestart voor de hubs Winschoten, Leek Centrum en Pekela.
  • We gaan samen met onze ov-partners verder met de uitwerking van een ontwikkelagenda/OV-routekaart publieke mobiliteit. Hierin wordt gekeken waar we in de komende decennia met publieke mobiliteit naar toe zouden kunnen groeien. Het gaat daarbij om zowel vergezichten om in de toekomst een systeemsprong binnen de publieke mobiliteit te maken als kleinere quick-win ideeën/maatregelen om bijvoorbeeld de doorstroming van de publieke mobiliteit te verbeteren. In dit kader wordt samen met de provincie Fryslân, ProRail en Rijk ook middels een quickscan een eerste verkennend onderzoek gedaan naar extra rechtstreekse sneltreinen tussen Groningen en Leeuwarden (vijfde en zesde trein).

groen

  • De analyse van de huidige situatie (fase 1) is afgerond. Met de mogelijke toekomstige scenario's (fase 2) zijn flinke stappen gezet. Dit wordt nog verder uitgewerkt in een mogelijk maatregelenpakket (fase 3). Hiernaast is een quickscan naar extra rechtstreekse sneltreinen tussen Groningen en Leeuwarden (vijfde en zesde trein) afgerond. Deze quickscan is input voor de uitwerkingen voor het bestaande spoor binnen het Deltaplan voor het Noorden.
  • Samen met de partijen, die werken aan het Deltaplan voor het Noorden en de spoorprojecten die daar onderdeel vanuit maken. Gepland is, op dit moment, dat hiervoor nog in 2022 een gezamenlijke projectorganisatie wordt opgericht. Deze projectorganisatie zal zich in 2023 bezig gaan houden met vervolgonderzoeken en naar verwachting ook met een financieringsstrategie om de mogelijkheden van Europese fondsen, nationale fondsen en regionale middelen inzichtelijk te maken. Verder mag van de projectorganisatie verwacht worden dat zij in 2023 met een plan van aanpak komen voor komende paar jaar, de eerste voorbereide fase van het plan.

groen

  • De projectorganisatie Lelylijn is opgericht. Voor financiering van de realisatie van de Lelylijn wordt naast de beschikbare middelen van het Rijk gekeken naar middelen vanuit de regio en Europa. Om aanspraak te maken op Europese fondsen is gewerkt aan opname van de Lelylijn in het Europese TEN-T extended core-netwerk. In december 2023 is in Brussel een voorlopig akkoord bereikt over het toevoegen van de Lelylijn op het Europese TEN-T netwerk. Formeel moet zowel het Europees Parlement als de Europese Raad dit in 2024 nog bekrachtigen.
  • Parallel daaraan is degovernancestructuur van het Deltaplan vastgelegd en is een start gemaakt met het NOVEX en MIRT-onderzoek Lelylijn, het MIRT-onderzoek Nedersaksenlijn en met de analyse Verbeteringen Bestaand Spoor. De planning van deze onderzoeken is erop gericht om tijdig en voldoende beslisinformatie beschikbaar te hebben zodat het Rijk samen met de regio bij het BO MIRT in het najaar van 2024 een Startbeslissing kan nemen. Voor het onderdeel Verbetering Bestaand spoor geldt dat ProRail gestart is met een planstudie maatregelen rondom de flessenhals Meppel. Vanuit de regio wordt nog een lobby gevoerd dat het Rijk ook de aanvullende middelen beschikbaar stelt die nodig zijn voor alle verbeteringen tussen Groningen en Zwolle om een derde en vierde intercity tussen Groningen en Zwolle te kunnen laten rijden. De lobby om een derde en vierde intercity op te laten nemen in de nieuwe landelijke treinconcessie is helaas niet gelukt. Desalniettemin blijven wij lobbyen voor een derde en vierde intercity tussen Groningen-Zwolle en verder.
  • Ten aanzien van de eerste fase van de Nedersaksenlijn, de spoorlijn Veendam-Stadskanaal, heeft het Rijk op 24 april 2023 bekend gemaakt hiervoor voldoende middelen beschikbaar te stellen zodat deze spoorlijn gerealiseerd kan gaan worden.
  • In 2023 zijn een aantal varianten voor het tracé ontwikkeld, die in 2024 afgestemd worden met de omgeving om zo te komen tot een voorkeursalternatief.
  • Er is tevens geconstateerd dat een projectbesluit nodig is voor de in het vervolg te volgen ruimtelijke procedure. De implicaties hiervan op het project worden nader beschouwd.
  • Namens onze provincie en de provincie Drenthe wordt er door het OV-bureau voor gezorgd dat binnen de daarvoor beschikbare middelen ook vanaf 1 januari 2024 op zoveel mogelijk plekken in onze provincie DRIS (Dynamische ReisInformatieSysteem) wordt aangeboden op de bushaltes op het HOV-netwerk.

oranje

  • Tijdens de marktconsultatie is gebleken dat marktpartijen de beschikking willen hebben over de broncodes van het systeem. Dat is echter bedrijfsgevoelige informatie die niet beschikbaar mag worden gesteld aan andere partijen. Ook een verlenging van het huidige contract voor een langere periode was niet mogelijk.  Samen met partners is in 2023 bekeken wat nu wel mogelijk is binnen de regels en het beschikbare budget. In 2023 is met de huidige aanbieder van de DRIS afgesproken om het huidige contract tijdelijk te verlengen zodat een nieuwe aanbesteding kan worden gestart in 2024.
  • Samen met de gemeente Groningen hebben wij de ambitie om het Rijk afspraken te maken over een bijdrage van het Rijk voor de zogenaamde Zuidelijke businsnijding van Emmaviaduct. Op het moment dat het Rijk de gevraagde bijdrage toegezegd, kan door de gemeente Groningen gestart worden met de voorbereiding van dit werk. Daarbij is dan de ambitie dat deze insnijding klaar is op het moment dat ook het busstation (binnen het project Groningen Spoorzone) aan de zuidzijde van het hoofdstation Groningen klaar is.

oranje

  • In het kader van de tweede ronde van de versnellingsafspraken heeft het Rijk eind 2022 € 8,6 miljoen toegekend voor de aanpassing van het Emmaviaduct in Groningen, waardoor er een betere bereikbaarheid voor het busverkeer ontstaat en de woningbouw kan worden versneld. Wij hebben een vergelijkbaar bedrag in 2021 toegezegd en in de provinciale begroting verwerkt. Gedachte daarbij was dat het project kon worden uitgevoerd. In 2023 heeft de gemeente Groningen geconstateerd dat er een financieel vraagstuk ligt. Hiervoor is tot op heden nog geen dekking gevonden. Daarom is het project nog niet gestart.
  • We onderzoeken welke maatregelen nodig zijn bij de spoorbrug Noord-Willemskanaal om bij de doorkoppeling van de regionale treindiensten - na afronding van het project Groningen Spoorzone - nodig zijn om naast de geplande dienstregeling voor de treinen ook voldoende openingstijd in stand te houden voor de doorvaart van boten. Eventueel benodigde maatregelen dienen toegepast te worden voordat de doorkoppeling wordt ingevoerd.

groen

  • De opdracht voor het uitvoeren van de tellingen is afgerond, zodat de tellingen medio 2024 kunnen worden afgerond. Daarmee kan het onderzoek in 2024 worden afgerond. In dit onderzoek zal ook worden meegenomen hoe het huidige (en verwachte) gebruik van de spoorbrug voor het scheepvaartverkeer is. Met de uitkomsten van het onderzoek kunnen maatregelen worden getroffen die het gebruik door de regionale treindiensten en de scheepvaart mogelijk blijven maken.
  • We maken een start met het opstellen van een agenda deelmobiliteit. Deelmobiliteit kan een belangrijke toevoeging zijn binnen de publieke mobiliteit.

groen

  • We werken samen met onder andere de provincies Drenthe en Fryslân, stad Groningen, Groningen Bereikbaar en Regio Groningen-Assen aan een gezamenlijke agenda deelmobiliteit. In 2023 hebben we een stakeholdercommunity georganiseerd, waarbij we de uitgangspunten voor de gezamenlijke agenda hebben opgehaald. We zijn als Noord-Nederland gezamenlijk in het landelijke samenwerkingsverband Natuurlijk!Deelmobliteit gestapt. Met de RUG hebben we diverse projecten opgestart om de kennisbasis voor deelmobiliteit in het landelijk gebied te versterken.
  • Er wordt een verkennend onderzoek gedaan waarbij wordt gekeken of met de infrastructuur die wordt aangelegd voor bouwstap 1 van de Wunderline met beperkte extra infrastructurele maatregelen het mogelijk is om dan ook al eenmaal tot maximaal driemaal per dag een rechtstreekse trein tussen Groningen en Bremen mogelijk te maken. Tevens worden de werkzaamheden aan het project Groningen Spoorzone voortgezet.

groen

  • Gezamenlijk met de projectpartners zoeken we naar een mogelijke alternatieve en goedkopere invulling van bouwstap 2. Eén van de mogelijkheden die onderzocht wordt is een directe trein Groningen-Bremen, zonder overstap in Leer. De resultaten van dit onderzoek zijn bij brief van 13 juni 2023 (documentnummer 2023-057647) aan uw Staten verzonden.Voor het project Groningen Spoorzone geldt dat door ProRail en de aannemers flink wordt doorgewerkt om ervoor te zorgen dat het station medio 2026 gereed is.

Prioriteiten Perspectiefnota 2023

Prestatie

Voort-gang

Toelichting

Grote transitie Wonen en bereikbaarheid:

  • Uitvoering MIRT-onderzoek Lelylijn:
    • Schetsontwerp en gevoeligheidsanalyse van varianten van mogelijke varianten van de Lelylijn;
    • Ontwerp en kostenraming inclusief gevoeligheidsanalyse;
    • Realistisch woningbouwprogramma gekoppeld aan de Lelylijn. Dit maakt daarbij onderdeel uit van de Nationale Omgevingsvisie Extra (NOVEX) aanpak voor het NOVEX-gebied Lelylijn.
    • Economisch ontwikkelperspectief inclusief internationale vergelijkend onderzoek (ook onderdeel van de NOVEX-aanpak);
    • Verkennen van de (technische) eisen om in aanmerking te komen voor Europese financiering;
    • Uitvoeren van een stakeholderanalyse en het opstellen van participatieplan.

groen

  • In juni 2022 heeft in het Bestuurlijk Overleg Leefomgeving (BOL) een gesprek plaatsgevonden tussen Rijk en regio over het Deltaplan. Tijdens dit overleg zijn er afspraken gemaakt over de start en op hoofdlijnen de inhoud van het MIRT-onderzoek Lelylijn. Voor financiering van de realisatie van de Lelylijn wordt naast de beschikbare middelen van het Rijk gekeken naar middelen vanuit de regio en Europa. Om aanspraak te maken op Europese fondsen wordt gewerkt aan opname van de Lelylijn in het Europese TEN-T extended core-netwerk. In december 2023 is in Brussel een voorlopig akkoord bereikt over het toevoegen van de Lelylijn op het Europese TEN-T netwerk. Formeel moet zowel het Europees Parlement als de Europese Raad dit in 2024 nog bekrachtigen.
  • Uitvoering Deltaplan - de Nedersaksenlijn en de verbetering van het bestaande spoor tussen de Randstad en Groningen:
    • Het ontwikkelingsperspectief woningbouw en economie voor de Lelylijn zal in samenhang met de Nedersaksenlijn en maatregelen voor het bestaande spoor worden onderzocht.
    • Ook het mobiliteitssysteem van deze spoorlijnen gezamenlijk worden bekeken en daarbij worden er 'no-regret'-maatregelen voor het bestaande spoor geïdentificeerd.
    • Voor het bestaande spoor worden de benodigde maatregelen onderzocht voor het mogelijk maken van een derde en vierde intercity tussen Groningen en Zwolle.
    • Het opstellen van een stappenplan om te komen tot een mogelijke fasering van de Nedersaksenlijn.
    • In het najaar van 2023 vindt een Bestuurlijk Overleg Deltaplan plaats. Tijdens dit overleg worden er tussen Rijk en regio afspraken gemaakt op basis van de uitkomsten van bovenstaande onderzoeken en ontwikkelperspectieven.
  • Zie ook paragraaf 9. Grote transities van de Begroting 2023.

groen

  • Parallel daaraan is de governance-structuur van het Deltaplan vastgelegd en is een start gemaakt met het NOVEX en MIRT-onderzoek Lelylijn, Het MIRT-onderzoek Nedersaksenlijn en met de analyse Verbeteringen Bestaand Spoor. De planning van deze onderzoeken is erop gericht om tijdig en voldoende beslisinformatie beschikbaar te hebben zodat het Rijk samen met de regio bij het BO MIRT in het najaar van 2024 een Startbeslissing kan nemen. Voor het onderdeel Verbetering Bestaand spoor geldt dat ProRail gestart is met een planstudie maatregelen rondom de flessenhals Meppel. Vanuit de regio wordt nog een lobby gevoerd, zodat het Rijk ook de aanvullende middelen beschikbaar stelt die nodig zijn voor alle verbeteringen tussen Groningen en Zwolle om een derde en vierde intercity tussen Groningen en Zwolle te kunnen laten rijden. De lobby om een derde en vierde intercity op te laten nemen in de nieuwe landelijke treinconcessie is helaas niet gelukt. Desalniettemin blijven wij lobbyen voor een derde en vierde intercity tussen Groningen-Zwolle en verder. Ten aanzien van de eerste fase van de Nedersaksenlijn, de spoorlijn Veendam-Stadskanaal heeft het Rijk op 24 april 2023 bekend gemaakt hiervoor voldoende middelen beschikbaar te stellen zodat deze spoorlijn gerealiseerd kan gaan worden. Er is geconstateerd dat voor de ruimtelijke procedure een projectbesluit nodig is. De implicaties hiervan op het project worden nader beschouwd. In 2023 zijn een aantal varianten voor het tracé ontwikkeld, die in 2024 afgestemd worden met de omgeving om zo te komen tot een voorkeursalternatief.
  • Risicoreservering exploitatie Openbaar Vervoer Vanuit de Kadernota 2021-2025 is voor 2023 € 1,6 miljoen aan risicoreservering opgevoerd ten behoeve van de openbaarvervoers-concessies voor de financiële gevolgen van de effecten van corona (verlies aan reizigersinkomsten). In de Perspectiefnota 2023 is deze risicoreservering opgehoogd met € 5 miljoen tot in totaal € 6,6 miljoen voor jaren 2023 en daarna.

oranje

  • Ondanks het zeer zware weer waarin het Openbaar Vervoer zich nog altijd bevindt, is met de middelen die eind 2023 toegekend zijn in het kader van de motie Bikker, er iets van lucht gekomen ten aanzien van de financiën van het Openbaar Vervoer. Wij zijn echter nog lang niet weer op het niveau van vóór corona. Het is dan ook nog wel onzeker of het in 2022 gereserveerde bedrag van € 6,6 miljoen voldoende zal zijn om de komende jaren te overbruggen totdat het OV weer op het oude niveau is. Omdat ook de financiering van motie M002 'In stand houden buslijnen (2)' uit deze middelen gehaald wordt, kan dit op termijn betekenen dat wij hogere kosten krijgen, dan in de provinciale begroting aan middelen is gereserveerd.

Regulier

Prestatie

Voort-gang

Toelichting

  • We voeren exploitatiebeheer uit voor de trein en het OV-bureau voor het busvervoer. Daarbij werken we nauwgezet samen met elkaar om de dienstregeling zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen.  

groen

  • Ondanks de afschaling van de dienstregeling als gevolg van personeelstekort en financiële tekorten, is ervoor gezorgd dat bussen en treinen op elkaar aansluiten en er provincie dekkende publieke mobiliteit beschikbaar is.
  • We werken verder aan de voorbereidingen voor de aanleg van de stoptrein Veendam-Stadskanaal (bouwstap 1 van de Nedersaksenlijn) en aan bouwstap 1 van de Wunderline. Tevens wordt in 2023 een verkennend onderzoek gedaan waarbij wordt gekeken of met de infrastructuur die wordt aangelegd voor bouwstap 1 met beperkte extra infrastructurele maatregelen het mogelijk is om dan ook al één tot maximaal driemaal per dag een rechtstreekse trein tussen Groningen en Bremen mogelijk te maken. Tevens worden de werkzaamheden aan het project Groningen Spoorzone voortgezet.

groen

  • Ten aanzien van de eerste fase van de Nedersaksenlijn, de spoorlijn Veendam-Stadskanaal heeft het Rijk op 24 april 2023 bekend gemaakt hiervoor voldoende middelen beschikbaar te stellen zodat deze spoorlijn gerealiseerd kan gaan worden. Er is geconstateerd dat voor de ruimtelijke procedure een projectbesluit nodig is. De implicaties hiervan op het project worden nader beschouwd. In 2023 zijn een aantal varianten ontwikkeld die in 2024 afgestemd worden met de omgeving om zo te komen tot een voorkeursalternatief.
  • De werkzaamheden voor bouwstap 1 van de Wunderline zijn in voorbereiding en het grootste deel van bouwstap 1 wordt in 2024 uitgevoerd. (Eveneens wordt door Duitsland gewerkt aan de nieuwe Friesenbrücke. Begin 2025 kan de treindienst naar Leer dan weer hervat worden). Voor de tweede bouwstap van de Wunderline is op dit moment geen financiering beschikbaar. Gezamenlijk met de projectpartners zoeken we naar een mogelijke alternatieve en goedkopere invulling van bouwstap 2. Eén van de mogelijkheden die onderzocht wordt, is een directe trein Groningen-Bremen die enkele malen per week rijdt, zonder overstap in Leer. De resultaten van dit onderzoek zijn bij brief van 13 juni 2023 (documentnummer 2023-057647) aan uw Staten verzonden.
  • Voor het project Groningen Spoorzone geldt dat door ProRail en de aannemers flink wordt doorgewerkt om ervoor te zorgen dat het station medio 2026gereed is.
  • We werken samen de treinvervoerder Arriva, ProRail, de provincie Fryslân en het Rijk verder aan de voorbereidingen voor de invoering van ERTMS op de sporen in Groningen en Fryslân. Daarbij wordt tevens bekeken in hoeverre bij de ombouw van de treinen ten behoeve van ERTMS ook de invoering van ATO-level 2 kan worden meegenomen.

groen

  • In 2022 is door Arriva opdracht gegeven aan de treinfabrikant om de voorbereidingen voor de ombouw van de treinen op te pakken. De lange doorlooptijd van het project (tot en met 2035) en eventuele tussentijdse wijzigingen blijft een aandachtspunt in het project.

Bijdrage Verbonden partij OV-bureau Groningen-Drenthe aan beleidsdoel

Prestatie

Voort-gang

Toelichting

  • De ontwerpbegroting 2023 van het OV-bureau Groningen-Drenthe is op 6 juli jl. behandeld door uw Staten. Motie M415 'Busje komt zo?' is daarbij door uw Staten aangenomen. Hierdoor zijn in de hoofdlijnen van de dienstregeling 2023 de eerder voorgestelde bezuinigingen op de lijnen 45 Spijk-Loppersum, 139 via Enumatil en 637 Zoutkamp-Zuidhorn vervallen en blijven deze lijnen op kosten van de provincie Groningen rijden tot en met 2026, het moment dat we verwachten dat de reizigersaantallen weer op het niveau van pre-corona liggen. Als gevolg van het niet kunnen doorvoeren van de voorgenomen bezuiniging zal naar verwachting aanvullend € 1,85 miljoen benodigd zijn. In de begroting is deze aanvullende € 1,85 miljoen opgenomen (€ 462.500 per jaar) en dit wordt gedekt uit de vrije ruimte binnen de Algemene middelen.

groen

Deze pagina is gebouwd op 05/22/2024 11:06:51 met de export van 05/22/2024 11:03:14