Bijlagen

Voortgangsrapportages en jaarverslagen

In 2007 is het fonds Provinciale Meefinanciering opgericht. Dit fonds biedt de provincie de mogelijkheid om mee te financieren in belangrijke economisch structuurversterkende projecten. Zo is de afgelopen jaren mee geïnvesteerd in projecten als Smart Industry Hub, Proeftuin 5G, RIG, Music Moves Europe Talent Award en Kiek over Diek. Ook speelt het fonds een cruciale rol bij de financiering van Innovatief en Duurzaam MKB Groningen, noordelijke subsidieregelingen zoals de MKB Innovatie in de Topsectoren (MIT) en de cofinanciering van Interreg en Waddenfondsprojecten en toeristische infrastructuur rond Blauwestad.

Sinds 2007 is vanuit het fonds aan projecten in totaal een bijdrage van bijna € 127 miljoen subsidie toegekend. Dit bedrag is vanuit andere fondsen/overheden met € 545 miljoen opgehoogd. De bijdrage van projecteigenaren en overige investeerders bedraagt € 742 miljoen. De inzet van deze € 126 miljoen zorgt aldus voor een totale investering van ruim € 1,4 miljard in de Groninger economie. Naar verwachting zullen door de projecten in totaal ca. 8200 arbeidsplaatsen worden gecreëerd. Het betreft ca. 1700 directe en 6500 indirecte arbeidsplaatsen. Het fonds vormt hiermee een essentiële en onmisbare schakel in de structuurversterking van de Groninger economie.

Inleiding

Bij de behandeling van de Voorjaarsnota 2007 hebben Provinciale Staten extra cofinancieringsmiddelen beschikbaar gesteld voor meefinanciering van ruimtelijk-economische projecten. In dit kader is het fonds Provinciale Meefinanciering opgericht.

Bij motie hebben Provinciale Staten in hun vergadering van 17 september 2008 gevraagd om:

  • het vaststellen van een beleidsnota waarin wordt vastgelegd hoe Provinciale Staten uitwerking geven aan haar ruimtelijk-economische stimuleringstaak;
  • in deze nota aan te geven hoe de te besteden middelen bijdragen aan de beleidsdoelen die Provinciale Staten in hun programmabegroting hebben vastgesteld;
  • jaarlijks informatie te verstrekken over projecten, die onder andere in SNN-verband zijn afgesloten en die mee door de provincie Groningen worden gefinancierd en waarbij wordt aangegeven hoe het uitgevoerde project heeft bijgedragen aan het bereiken van de gestelde beleidsdoelen (onder andere gerealiseerde private cofinanciering en het werkgelegenheidseffect).

Op 18 mei 2009 hebben Gedeputeerde Staten haar reactie gegeven op de motie. Hierbij is toegezegd om jaarlijks te rapporteren over de voortgang van het fonds en de vanuit Groningen gecommitteerde projecten voor Koers Noord, EFRO, Interreg, Waddenfonds etc. waaraan ook een bijdrage uit het fonds is toegekend. Met deze rapportage over de stand van zaken per 31 december 2023 geven wij invulling aan de toezegging.

Opzet en werkwijze

Het doel van het provinciaal ruimtelijk-economisch stimuleringsbeleid is het realiseren van een versterkte duurzame groei van economie en werkgelegenheid. Uitgangspunt daarbij is dat dit plaatsvindt in combinatie met het behoud of het verbeteren van de fysieke (leef)omgeving. Met betrekking tot de invulling van het stimuleringsbeleid wordt een voorkeur uitgesproken voor projecten met een aantoonbare spin-off richting het regionale MKB, voor projecten die bijdragen aan de regionale kennisinfrastructuur of voor projecten die bijdragen aan de versterking van de kwaliteit van het landelijk gebied. Met name subsidieprogramma's als EFRO en Just Transition Fund (JTF) bieden de mogelijkheden om op deze punten te stimuleren met subsidiebijdragen aan concrete projecten. Voor veel van deze projecten wordt provinciale cofinanciering aangewend om de financiering van deze projecten sluitend te maken. Op programmaniveau is een minimumbijdrage uit de regio verplicht, op projectniveau geldt dit niet altijd. Projecten die het best passen binnen de provinciale beleidsdoelen en voldoen aan onderstaande criteria komen met voorrang in aanmerking voor financiering uit het fonds.

CRITERIA:

  • Effectiviteit:

Voor Koers Noord en OP EFRO moet het in beginsel gaan om structuurversterkende projecten met spin-off voor het mkb, voor de kennisinfrastructuur of voor projecten die bijdragen aan de versterking van de kwaliteit van het landelijk gebied. Prioritair zijn projecten in de sectoren Energie, Life Sciences, ICT en daarnaast ook (vergroening van) de chemiesector in Delfzijl, Agribusiness, Scheepsbouw en Toerisme.

  • Value for money:

Projecten moeten in de verhouding tussen effecten en kosten voldoende rendement ('value for money') opleveren. Hierbij wordt ook gelet op de relatie tussen private investeringen en publieke uitgaven. Deze laatste verhouding zegt iets over de mate waarin met publieke middelen investeringen in de markt uitgelokt kunnen worden en zegt tevens iets over de bereidheid en acceptatie van projecten in de markt.

  • Kostenefficiency:

Het project moet doelmatig van opzet zijn en reëel van begroting. De projectopzet moet geen overbodige of onnodige onderdelen bevatten etc.

  • Marktfalen:

Hierbij gaat het erom dat het te subsidiëren project zonder provinciale (co)financiering niet rond kan komen.

  • Risico’s:

Hierbij wordt gelet op de eventuele risico’s oftewel de levensvatbaarheid van het project, dit om te voorkomen dat wordt geïnvesteerd in een project met geen of te weinig rendement.

  • Legitimiteit:

Hierbij gaat het om de vraag naar de legitimiteit van een provinciale bijdrage in relatie tot de eigen bijdrage van de initiatiefnemer.

  • Overige:

Projecten moeten van voldoende bestuurlijk belang zijn, uitvoeringsgereed zijn en de totale projectkosten moeten minimaal € 100.000 bedragen teneinde een substantieel effect te kunnen sorteren.

Bovenstaande criteria bieden in de praktijk voldoende sturingsmogelijkheden om selectief en gedoseerd bij te dragen aan projecten.

Voortgang

Totaaloverzicht

Het fonds is onderverdeeld in vier compartimenten. Compartiment A is bedoeld voor projecten die worden gefinancierd door onder andere Koers Noord en OP EFRO. Compartiment B betreft de projecten die worden gefinancierd vanuit Interreg, EU POP en het Waddenfonds. Compartiment C betreft projecten van bijzonder bestuurlijk belang die zonder provinciale cofinanciering niet van de grond komen. Compartiment D betreft procesgeld. Deze middelen worden ingezet om veelbelovende projectideeën uit te laten werken tot subsidiabele projectvoorstellen.

In onderstaande tabel wordt (in euro's) weergegeven hoeveel subsidie eind 2023 vanuit het fonds is verleend en ten laste van welke compartimenten. Opgenomen zijn de projecten waaraan een bijdrage uit het fonds is verleend en waarvan een bijdrage is toegezegd door, of in behandeling is bij, het bijbehorende subsidieprogramma.

Compartiment

Aantal toekenningen

Projectkosten

Toegekend subsidiebedrag

Provinciale meefinanciering

A

183

851.787.993

290.984.879

79.799.581

B

163

518.928.241

242.037.609

38.461.767

C

46

43.404.476

11.932.240

8.588.546

Totaal

392

1.414.120.710

544.954.727

126.849.894

Vanuit het fonds is aan 392 projecten in totaal een bijdrage van bijna € 127 miljoen subsidie toegekend. Uit de andere fondsen (zoals EFRO, Interreg, Europees Visserijfonds en Waddenfonds) is € 545 miljoen subsidie aan deze projecten toegekend. De bijdrage van projecteigenaren en overige investeerders bedraagt € 742 miljoen. De totale projectkosten bedragen ruim € 1,4 miljard.
Zoals uit de laatste kolom van bovenstaande tabel kan worden opgemaakt, geschiedt het merendeel van de provinciale meefinanciering ten behoeve van projecten uit compartiment A. Dit is conform de uitgangspunten van het fonds. De totaal toegekende subsidies komen eind 2023 overeen met de verwachting.

Verdeling per compartiment en naar sectoren

Compartiment A

Zoals in de programmabegroting van 2009 is aangegeven, richt de provincie Groningen zich bij projectverwerving en het meefinancieren van projecten uit compartiment A van het fonds bij voorkeur op projecten in de sectoren Energie, Life Sciences, de ICT-sector en Agribusiness. Daarnaast zijn de chemiesector in Delfzijl (en de vergroening hiervan), Scheepsbouw, Toerisme en het mkb belangrijke speerpunten. Dit sluit goed aan bij recenter provinciaal economisch beleid zoals verwerkt in het programma Groningen@Work.

Compartiment A van het fonds is bedoeld voor de medefinanciering van projecten die passen binnen onder meer economische programma's van het Rijk, JTF en het EFRO-programma. Op programmaniveau is provinciale cofinanciering een noodzakelijke voorwaarde. Zonder provinciale cofinanciering kan geen gebruik worden gemaakt van de mogelijkheden die economische programma's van het Rijk en het EFRO-programma bieden.
De toegekende middelen (2007 tot en met 2023) uit compartiment A van het fonds zijn als volgt over de sectoren verdeeld:

Sector

Projectkosten

Koers Noord
en EFRO-subsidie

Provinciale meefinanciering

Agribusiness/Groene Chemie

74.687.386

26.406.441

8.868.450

Energie

138.040.238

40.743.454

12.042.961

ICT

113.175.360

47.200.148

5.785.640

Life Sciences

157.301.167

53.363.590

11.642.557

Metaal/Scheepsbouw

12.036.557

5.004.533

1.298.814

Mmkb

290.758.898

89.971.847

30.984.919

Toerisme

65.788.387

28.294.865

9.176.241

Totaal

851.787.993

290.984.879

79.799.581

Zoals uit de tabel blijkt is één provinciale euro uit het fonds goed voor bijna vier euro uit het Koers Noord- of EFRO-programma en bedragen de uitgelokte investeringen meer dan het tienvoudige van de fondsbijdrage. De totale projectkosten, overige subsidies en provinciale meefinanciering per sector worden in onderstaande grafiek weergegeven.

Naar verwachting van de indieners zullen door de projecten in totaal ca. 8000 arbeidsplaatsen worden gecreëerd. Het betreft ca. 1700 directe en 6500 indirecte arbeidsplaatsen. Deze zijn ultimo 2023 als volgt over de sectoren verdeeld:

Compartiment B

Compartiment B van het fonds is bedoeld voor de meefinanciering van projecten die passen binnen onder andere Interreg, Europees Visserijfonds, EU POP en Waddenfonds. De toegekende middelen (2007 tot en met 2023) uit compartiment B van het fonds zijn als volgt over de sectoren verdeeld.

Sector

Projectkosten

Nationale en Europese subsidies

Provinciale meefinanciering

Agribusiness/Groene Chemie

96.287.420

51.991.547

17.803.869

Energie

54.821.321

18.690.991

1.512.722

ICT

23.339.092

6.943.408

294.244

Life Sciences

23.896.331

13.659.417

754.469

MKB

175.569.117

74.518.920

8.718.166

Overig

43.737.812

22.350.953

1.391.985

Toerisme

97.044.767

51.588.513

6.310.122

Visserij

4.232.380

2.293.860

1.676.190

Totaal

518.928.241

242.037.609

38.461.767

Zoals uit de tabel blijkt is één provinciale euro uit het fonds goed voor zeven euro uit andere programma’s en bedragen de uitgelokte investeringen een veelvoud van de fondsbijdrage.
De middelen uit compartiment B worden breder ingezet dan bij compartiment A het geval is.

Compartiment C

Compartiment C van het fonds is bedoeld voor de medefinanciering van projecten die van voldoende bestuurlijk belang zijn en zonder provinciale cofinanciering niet van de grond komen. Vanuit dit compartiment is aan 46 projecten in totaal ruim € 8 miljoen subsidie uit het fonds toegekend. De totale kosten van deze projecten bedragen ruim € 43 miljoen.

Conclusie

De fondsmiddelen sluiten goed aan bij de provinciale beleidsdoelen. Dankzij het fonds kan de provincie goed gebruik maken van de mogelijkheden die nationale en Europese subsidieprogramma's bieden. Hierbij is één provinciale euro uit het fonds gemiddeld genomen goed voor vier euro uit nationale en Europese subsidieprogramma's en bedragen de uitgelokte investeringen het twaalfvoudige van de fondsbijdrage.

Deze pagina is gebouwd op 05/22/2024 11:06:51 met de export van 05/22/2024 11:03:14