Paragrafen

Lokale heffingen

Onder lokale lastendruk wordt verstaan hoe de lokale lastendruk zich verhoudt ten opzichte van de landelijke lastendruk. Hierbij is voornamelijk de hoogte van de opcentenheffing van toepassing.
Wij hebben ons eigen tarief per 1 januari 2023 verhoogd met 1,2 opcenten (1,3%) tot 95,7 opcenten.
Op de ranglijst van provincies van Nederland is de provincie Groningen, samen met Zuid-Holland in 2023 de provincie met het hoogste tarief aan opcenten mrb, De gemiddelde automobilist in onze provincie betaalde in 2023 per voertuig € 245 aan provinciale opcenten motorrijtuigenbelasting. Deze berekening is gebaseerd op de gewichtsverdeling per ultimo 2023.

Het hiernavolgend overzicht toont de ontwikkeling van ons tarief ten opzichte van het landelijk gemiddelde en het maximaal toegestane tarief en verder het stijgingspercentage in 2021, 2022 en 2023 van deze grootheden. Het wettelijk maximumtarief is per 1 januari 2023 bijgesteld aan de ontwikkeling van het prijspeil tot 125,8 opcenten. Het percentage waarmee het maximum aantal opcenten jaarlijks verandert heeft geen normerende werking naar provincies. Provincies mogen zelf besluiten over de mate waarin de tarieven stijgen.
De enige begrenzing zit in de absolute hoogte van het maximum aantal opcenten.

Tabel 18. Ontwikkeling opcenten motorrijtuigenbelasting in de jaren 2021 tot en met 2023

Aantallen opcenten

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

provincie Groningen

93,3

94,5

95,7

landelijk gemiddelde

83,5

83,7

84,7

provincie Groningen als % van landelijk gemiddelde

111,6

112,9

113,0

wettelijk maximum

116,8

118,4

125,8

provincie Groningen als % van wettelijk maximum

79,9

79,8

76,1

Stijgingspercentages tarieven per 1 januari

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

provincie Groningen

1,6%

1,3%

1,2%

landelijk gemiddelde

0,6%

0,1%

1,2%

wettelijk maximum

1,6%

1,3%

6,3%

In onderstaande tabel zijn de gehanteerde tarieven voor de opcentenheffing in de afzonderlijke provincies opgenomen. Daaruit blijkt dat in 2023 de provincie Groningen, samen met de provincie Zuid-Holland het hoogste aantal opcenten heft, wanneer we interprovinciaal de hoogte van het opcententarief vergelijken.

Tabel 19. Tarieven opcenten mrb in de twaalf provincies

Provincie

2016

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

Groningen

88,9

88,6

89,3

90,4

91,8

93,3

94,5

95,7

Fryslân

68,8

69,4

70,0

71,1

87,0

87,0

87,0

87,0

Drenthe

92,0

92,0

92,0

92,0

92,0

92,0

92,0

92,0

Overijssel

79,9

79,9

79,9

79,9

79,9

79,9

79,9

79,9

Gelderland

88,7

89,2

89,2

89,2

87,2

89,5

90,6

93,0

Flevoland

77,4

78,2

79,0

79,8

80,6

81,4

82,2

82,2

Utrecht

72,6

72,6

72,6

72,6

73,6

74,9

77,5

79,4

Noord-Holland

67,9

67,9

67,9

67,9

67,9

67,9

67,9

67,9

Zuid-Holland

92,0

91,4

90,4

90,4

90,4

90,4

91,8

95,7

Zeeland

82,3

82,3

82,3

89,1

89,1

89,1

82,3

84,4

Noord-Brabant

76,1

76,1

76,1

76,1

78,0

78,4

79,6

80,8

Limburg

77,9

77,9

77,9

77,9

77,9

77,9

79,1

80,6

Gemiddeld tarief

80,4

80,5

80,5

81,4

83,0

83,5

83,7

84,7

Maximaal tarief

110,6

111,0

111,8

113,2

115,0

116,8

118,4

125,8

Er is een relatie tussen de opcentenheffing en de algemene uitkering uit het Provinciefonds.
De verdeling tussen de provincies van de totale omvang van het Provinciefonds is gebaseerd op verdeelmaatstaven waaronder de theoretische opbrengst voor de motorrijtuigenbelasting.
In het verdeelmodel Provinciefonds wordt de opbrengst per opcent motorrijtuigenbelasting als negatieve inkomstenmaatstaf gehanteerd. De opbrengst per opcent wordt vervolgens voor elke provincie vermenigvuldigd met een verrekentarief van 65,9 opcenten.
De hoogte van de door de provincies vastgestelde tarieven heeft dus geen invloed op de algemene uitkering uit het Provinciefonds.
Met deze maatstaf wordt beoogd de tussen de provincies bestaande verschillen in belastingcapaciteit te compenseren. In situaties waarin het totale provinciale belastinggebied groter van omvang wordt en/of waarin ons aandeel in het totale provinciale belastinggebied afneemt zal de compensatie via het Provinciefonds stijgen. En omgekeerd zal deze dalen.

In onderstaande tabel laten we zien in welke mate de verschillende provincies in 2023 gebruik hebben gemaakt van hun maximale belastingcapaciteit. Uit die vergelijking blijkt dat Groningen en Zuid-Holland het meest gebruik maken van de belastingcapaciteit. De provincie Noord-Holland heeft zowel absoluut als procentueel de grootste vrije zoom (= onbenutte belastingcapaciteit)

Tabel 20. Benutting maximale belastingcapaciteit          

Provincie

Maximale 
belasting-
capaciteit

in %

Belasting-
opbrengst
2023

in %

Vrije
zoom
2023

in %

Belasting- 
opbrengst als
% van de 
capaciteit

Groningen

84.233

3,1%

64.079

3,6%

20.154

2,2%

76,1%

Fryslân

105.396

3,9%

72.889

4,0%

32.507

3,6%

69,2%

Drenthe

84.276

3,1%

61.633

3,4%

22.643

2,5%

73,1%

Overijssel

185.401

6,9%

117.755

6,5%

67.646

7,5%

63,5%

Gelderland

327.937

12,1%

242.434

13,5%

85.504

9,5%

73,9%

Flevoland

75.056

2,8%

49.043

2,7%

26.013

2,9%

65,3%

Utrecht

227.953

8,4%

143.875

8,0%

84.078

9,3%

63,1%

Noord-Holland

435.196

16,1%

234.895

13,0%

200.301

22,2%

54,0%

Zuid-Holland

491.254

18,2%

373.712

20,8%

117.542

13,0%

76,1%

Zeeland

65.693

2,4%

42.977

2,4%

22.716

2,5%

65,4%

Noord-Brabant

439.166

16,3%

282.071

15,7%

157.094

17,4%

64,2%

Limburg

180.061

6,7%

115.365

6,4%

64.696

7,2%

64,1%

Totaal

2.701.623

100,0%

1.800.729

100%

900.894

100%

          (bedragen x € 1.000)

Deze pagina is gebouwd op 05/22/2024 11:06:51 met de export van 05/22/2024 11:03:14